“Wat is dit voor een gekkigheid?”, zo vraagt fractievertegenwoordiger Tim de Boer van de Haagse Stadspartij in Nederland zich af. Hij reageert hiermee verbaasd op de overeenkomst die fractievoorzitter Richard de Mos van Hart voor Den Haag heeft gesloten met districtscommissaris Ricardo Bhola van Paramaribo-Noordoost. De Mos en partijgenoot Constant Martini vertoefden afgelopen week op een ‘fact finding missie‘ in Suriname. Hart voor Den Haag vindt namelijk dat de banden tussen de stad Den Haag en Suriname moeten worden versterkt.
Tijdens de missie werd ook een bezoek gebracht aan president Chandrikapersad Santokhi. Tijdens een onderhoud met het Surinaamse staatshoofd maakte De Mos duidelijk dat er in zowel Den Haag als Suriname veel kansen liggen voor ondernemers uit beide landen. Hij constateert een sterke band tussen Den Haag en Suriname, doordat onder andere 10 tot 12 procent van de Haagse bevolking van Surinaamse afkomst is. Tijdens een bezoek aan districtscommissaris Bhola werd een intentieverklaring voor een stedenband tussen Paramaribo en Den Haag getekend, namelijk de ‘Verklaring van economische samenwerking en vriendschap tussen Paramaribo en Den Haag’.
Maar deze actie bekoort niet eenieder. “Gekkigheid”, zegt De Boer. Niet alleen hij, maar ook fractievoorzitter Adeel Mahmood van de partij DENK in de Haagse gemeenteraad is verbaasd. “Hoe kan dit?”, vraagt hij zich af. De Boer vindt dat De Mos nieteens voorzitter van Hart voor Den Haag is, maar zijn oom Bram Reitsma. Mahmood vindt de intentieverklaring “uiterst merkwaardig” en het roept volgens hem zoveel vragen op. Hij vraagt zich af of de gemeentewet dit toelaat en met welk mandaat de gesprekken zijn gevoerd.
Of de kritiek De Mos raakt, staat niet vast. Hoewel zijn partij momenteel in de oppositie zit, is hij optimistisch. “In 2026 verwachten we weer deel te nemen aan het college van Den Haag, en dan kunnen we echt werk maken van deze plannen. We willen niet alleen praten, maar vooral doen”, zei De Mos tijdens zijn bezoek aan president Santokhi. Met zijn partijgenoot Martini heeft hij in Suriname gesprekken gevoerd met ministers, districtscommissarissen en ondernemers. Verder heeft de groep zich behalve in Paramaribo ook in Nickerie en Coronie georiënteerd over de uitdagingen en mogelijkheden in verschillende regio’s.
