NDP-parlementariër Tashana Lösche wenst niet alleen meer, maar ook wéér acties tegen pesten en discriminatie in ons land. De parlementariër merkte in De Nationale Assemblee (DNA) op dat er zeker tijdens de regering-Bouterse/Adhin activiteiten waren tegen dit soort gedragingen. Zij sprak tijdens de behandeling van de wet Kinderombudsman. Lösche meent dat alles dat in laatste jaren was opgebouwd, is verwaarloosd. “Ik heb niet gemerkt dat er, zoals vroeger, zeker tijdens de regering- Bouterse/Adhin en ook daarvoor, extra aandacht wordt besteed aan antipesten of antidiscriminatie.”
Lösche roept op dat ouders ook weer zoals voorheen actief betrokken worden bij schoolactiviteiten, door middel van oudercommissies. Ze merkt ook weinig activiteit van het Nationaal Jeugdparlement, dat volgens haar weer op niveau gebracht moet worden. Lösche maakte een vergelijking met de regio en Nederland, waar er onder meer een week tegen pesten wordt gehouden of pestwebs beschikbaar zijn, waar personen hun beklag kunnen doen en direct opgeroepen of geholpen worden. De parlementariër vraagt zich af hoe actief de Kindertelefoon in Suriname is en hoeveel gevallen worden behandeld.
Lösche zegt dat de regering ervoor moet zorgen dat elk kind zich veilig voelt op school, door pesten zoveel mogen tegen te gaan. Ook scholen, kinderen en ouders moeten hierbij helpen. Om de Kinderombudspersoon het werk goed te laten doen, zou er binnen het onderwijsbeleid zeker een goed onderwijsveiligheidswet moeten zijn. Er moet ook op iedere school een vast aanspreekpunt zijn waar leerlingen of ouders melding kunnen doen van pesten. En er moet iemand op school zijn die het antipestenbeleid en in de gaten houdt.
“Ook leerkrachten pesten leerlingen”, benadrukte Lösche. Onderwijsinspectie zou daarom ook een heel belangrijke rol moeten hebben in de wet. De parlementariër benadrukt dat alle relevante instanties ervoor moeten zorgen dat alle regels daadwerkelijk worden nageleefd. Ze vraagt zich af waar mensen die gepest worden terecht moeten. Lösche noemde een geval van een jongedame met beperking die gepest werd en gecontact werd door parlementsvoorzitter Marinus Bee. “Maar waar zou ze terecht moeten als dat niet zo was. Dat is een van die dingen die ontbreken in Suriname.”